Een begrip dat centraal staat in ons onderzoek naar Nederlandse cultuur en identiteit is ‘overdracht’. Cultuur en identiteit worden gemaakt, doorgegeven en bijgesteld in voortdurende interactie tussen mensen. Overdracht kan daarbij op verschillende manieren worden opgevat. Het kan zowel diachroon en historisch als synchroon en ruimtelijk benaderd worden. Overdracht is zowel in letterlijke als in overdrachtelijke zin een gelaagd proces.


Bij de overdracht binnen en tussen nationale gemeenschappen is een sleutelrol weggelegd voor media. NL-lab doet onderzoek naar media uit diverse perioden. Dit onderzoek kan gaan over de inzet van de pers in de diplomatieke praktijken ten tijde van de Republiek, de opkomst van Nederland als vertaalfabriek, of de vorming van ‘bubbels’ en religieuze beleving in sociale media. We onderzoeken hoe Nederlandse literatuur, en kennis in het buitenland worden vertaald en verspreid, en hoe buitenlandse letterkunde in Nederland wordt gerecipieerd.


Overdracht vindt ook plaats tussen generaties. Binnen NL-Lab onderzoeken we zulke overdrachtspraktijken onder meer in een (post)koloniale context en in relatie tot thema’s als gender en seksualiteit. Door bijvoorbeeld te kijken naar het doorgeven en overdragen van normen over trouwen, voortplanten en opvoeden krijgen we zicht op de overerving van macht, status en bezit. Burgerschapsonderwijs speelt een cruciale rol in het vormen en bijhouden van de natiestaat. De gedachte dat de koloniën ‘kinderen’ waren die nog tot moderniteit en beschaving moesten worden opgevoed, is een dominante koloniale metafoor met desastreuze gevolgen, die ook vandaag sterk doorwerkt in de postkoloniale praktijk.


Een speerpunt binnen de onderzoeksagenda van NL-Lab is een gezamenlijk project over het overdragen van kennis over Nederlandse identiteit. We kijken daarbij concreet naar studies en rapporten die in de afgelopen eeuwen zijn uitgegaan van (semi-)overheidsinstanties. Hoe schrijven deze teksten over Nederland, Nederlands, Nederlanders en Nederlanderschap? In welke mate hebben ze daarmee bijgedragen aan de constructie van Nederlandse identiteit? Welke rol hebben de geesteswetenschappelijke instituten van de KNAW hierin gespeeld? Met dit project plaatst NL-Lab ook zichzelf in een langere traditie van ‘Nederland schrijven’ en reflecteren we op onze eigen plaats binnen het onderzoekslandschap.