Geertje Mak

Interim Hoofd NL-Lab

Geertje Mak is hoogleraar Politieke Geschiedenis van Gender in Nederland aan de Universiteit van Amsterdam en onderzoeker bij NL-Lab. Grensoverschrijdingen van gender en sekse in het Europa van de lange negentiende eeuw staan centraal in haar boeken Mannelijke Vrouwen. Over grenzen van sekse in de negentiende eeuw (Boom 1997) en Doubting Sex. Inscriptions, Bodies and Selves in Nineteenth Century Hermaphrodite Case Histories (Manchester University Press 2014). Naast gendergeschiedenis behoren migratiegeschiedenis (Sporen van Verplaatsing. Honderd jaar nieuwkomers in Overijssel, Stichting IJsselacademie 2000), wetenschapsgeschiedenis (over ras, sekse en seksualiteit) en koloniale geschiedenis tot haar onderzoeksterreinen. Behalve op narratieve en discursieve analyse heeft Mak zich steeds meer toegelegd op onderzoek naar de materiële en praktische dimensies van haar onderzoeksobjecten. Hoe krijgen sekse, ras of kolonisatie in praktijken vorm? Identiteiten en hun relatie tot lichamen vormen daarbij nog steeds een belangrijk thema. Deze accentverschuiving wordt onder meer zichtbaar in Maks recente onderzoek naar praktijken van antropometrie in Nederlandse koloniën rond 1900. Wanneer de vraag wordt gesteld naar de lichamelijkheid en materialiteit van praktijken als opmeten en registreren, blijkt raciale hiërarchie niet alleen de uitkomst, maar vooral ook de noodzakelijke voorwaarde voor antropometrisch onderzoek.

Bij NL-lab zal Mak zich vooral richten op de thema’s identiteit en kolonisatie. Binnen de programmalijn Overdragen zal zij aan de hand van begrip ‘geslacht’ en de uitdrukking ‘van geslacht op geslacht’ nadenken over de rol van gender, seksualiteit en generaties in het maken van koloniale identiteiten en (raciaal) overgeërfd verschil. Bij de programmalijn Vormen zal zij zich richten op de manier waarop dit concreet vorm krijgt. Aan de hand van het concept ‘huishouden’ richt zij zich op de ingrijpende transformaties die Nederlandse zendelingen in het alledaagse leven van Papoea’s probeerden door te voeren op het gebied van eten, wonen, werken, markt, seksualiteit, opvoeding, geloof en moraal. Binnen het voorziene gezamenlijke onderzoek rondom het thema cultiveren zal zij zich tot slot richten op ‘kolonie’ als model: een ideaal en praktijk gericht op het tegelijkertijd cultiveren van mensen en aarde in Nederland en Nederlandse koloniën.